Hoe plaats je nieuwe wanden met ingebouwde elektra?

Wanneer je nieuwe wanden plaatst met ingebouwde elektra, wil je achteraf vooral één ding: gladdere wanden en plafonds, zonder hak- en breekwerk of scheef zittende inbouwdozen. Dat bereik je alleen als jij, de stukadoor en de elektricien vanaf het begin goed afstemmen. Je plant vroeg de positie van schakelaars en inbouwdozen, beschermt kabels met de juiste materialen en schakelt bij twijfel professionele hulp bij elektra projecten in, zodat alles veilig en volgens de regels gebeurt.

Voorbereiding van de nieuwe wanden

Benodigde materialen en gereedschappen

Zorg dat je de basis klaar hebt voordat je begint:

  • Inbouwdozen (40–60 mm diepte, passend bij jouw wandtype)

  • Flexibele installatiebuis (mantelbuis) van 16–20 mm

  • Voedingskabels, meestal 3×2,5 mm² voor stopcontactgroepen

  • Spanningszoeker of multimeter

  • Zaag voor gipsplaat of hout

  • Boorhamer / klopboor voor massieve delen

  • Waterpas of laser en een meetlint

  • Schroeven, pluggen en afdichtmateriaal

Stem met de stukadoor en de elektricien af hoe dik het stucwerk wordt en op welke hoogte de dozen moeten eindigen. Als je dat vóór de opbouw vastlegt, voorkom je dat inbouwdozen te diep of juist te ver naar voren uitkomen en bereik je uiteindelijk echt gladdere wanden en plafonds.

Planning en ontwerp van de installatie

Maak vooraf een eenvoudig installatieplan:

  • Stopcontacten: meestal rond 300 mm boven afgewerkte vloer

  • Schakelaars: rond 1050 mm

  • Inbouwdieptes: 40–60 mm, afgestemd op plaatdikte + stuc

  • Kabelsecties: 2,5 mm² voor stopcontactgroepen, 1,5 mm² voor verlichting

Voor een slaapkamer van ca. 3 × 4 m is het heel normaal om 6 stopcontacten en één lichtgroep met dimmer te voorzien. Wil je datapunten (bijv. voor werkplek of TV), plan die om de 2–3 meter en in een aparte buis.

Bij grotere of complexe projecten is het slim om een layout-tekening met maatvoering te maken. Twijfel je over groepen, belasting of beveiliging? Dan is professionele hulp bij elektra projecten geen luxe, maar een investering in veiligheid.

Keuze van wandtype en invloed op elektra

Soorten wanden en installatieruimte

Je wandopbouw bepaalt hoeveel ruimte je hebt voor leidingen en hoe makkelijk je tot een strak resultaat komt:

  • Gipswand (gipsplaten 12,5 mm op metalstud of houten regelwerk)

  • Multiplexwand (9–18 mm, vaak als dragende achterwand voor kasten)

  • Metalstud of houten regelwand met spouw van circa 70 mm

  • Massieve beton-/metselwand (leidingen frezen of in opbouw)

Met een regelwerk van 70 mm met minerale wol haal je bijvoorbeeld geluidsisolatiewaarden rond Rw ≈ 45 dB, terwijl je genoeg spouwruimte hebt voor buizen en inbouwdozen.

Gipswanden: licht en flexibel

Bij gipswanden werk je vaak met:

  • Metalstud-profielen op 600 mm h.o.h.

  • 12,5 mm gipsplaten (en eventueel dubbele beplating voor extra geluiddemping)

  • Een spouw van ca. 70 mm voor bekabeling en isolatie

Je plaatst de inbouwdozen op de afgesproken hoogtes en zorgt dat de mantelbuis netjes tussen de stijlen door loopt. Zo kan de stukadoor daarna met een dunne afwerklaag alles vlak trekken en help je jezelf aan gladdere wanden en plafonds zonder extra hakwerk.

Multiplexwanden: sterke ondergrond

Multiplex (12–18 mm) gebruik je wanneer je later zware elementen wilt ophangen, zoals keukenkasten of grote wandmeubels. Belangrijk:

  • Schroefafstand van ongeveer 150 mm voor een stabiele wand

  • Eventueel kabelgoten frezen of verzonken U-profielen voor nette leidingruns

  • In natte zones: watervast verlijmd multiplex (WBP) en zorgvuldige afdichting

Bij brandwerende eisen of zwaardere elektrische installaties is professionele hulp bij elektra projecten extra verstandig, zodat wandopbouw, kabelkeuze en beveiliging op elkaar aansluiten.

Elektra netjes in de nieuwe wanden inbouwen

Posities van schakelaars en contactdozen

Bij nieuwe wanden met elektra plan je leidingen en inbouwdozen vóór de stukadoor in actie komt:

  • Schakelaars rond 105 cm boven afgewerkte vloer

  • Wandcontactdozen rond 30 cm boven afgewerkte vloer

  • Hoogte van speciale punten (bijv. TV, werkblad, thermostaat) op je tekening noteren

Leg extra trekdraden en zo mogelijk een paar loze leidingen aan voor toekomstige uitbreidingen. Hoe beter je nu plant, hoe minder je later hoeft open te breken – en hoe makkelijker je gladdere wanden en plafonds behoudt.

Veiligheidseisen en NEN 1010

Belangrijke basisregels (altijd checken met de elektricien):

  • Installatie volgens NEN 1010

  • Persoonsbeveiliging met aardlekschakelaar 30 mA

  • Groepen van 16 A voor algemene stopcontacten (meestal 2,5 mm² kabel)

  • Alle verbindingen in toegankelijke inbouw- of lasdozen

Laat meterkast, extra groepen en complexe aanpassingen altijd door een erkend installateur uitvoeren. Zeker bij uitbreidingen, kookgroepen of zwaardere apparaten is professionele hulp bij elektra projecten de veiligste keuze.

Aansluiten en testen

Bij het aansluiten:

  • Gebruik 2,5 mm² voor stopcontacten, 1,5 mm² voor lichtpunten

  • Strip circa 7–8 mm isolatie en gebruik Wago’s of gelijkwaardige klemmen

  • Volg kleurcodering: bruin/zwart = fase, blauw = nul, geel/groen = aarde

  • Label groepen en circuits in de meterkast

Na de montage:

  • Meten van spanning, continuïteit en werking van de RCD

  • Isolatieweerstand meten (doorgaans > 1 MΩ)

  • Eventuele afwijkingen direct corrigeren

Daarna pas gaat de wand dicht en kan de stukadoor echt aan de slag.

Wandconstructie en afwerking richting strakke wanden

Framebouw en installatieruimte

Bij metalstud of houten regelwerk bepaal je:

  • Hart-op-hart afstanden (vaak 600 mm, soms 400 mm voor extra stijfheid)

  • Extra dwarsregels waar zware objecten komen

  • Een servicelaag waar je leidingen en inbouwdozen in kwijt kunt

Leidingen leg je bij voorkeur in een installatiespouw vóór de binnenplaat, zodat je minder hoeft te frezen. De elektricien zorgt dat de inbouwdozen 3–5 mm onder de beoogde eindlaag liggen; de stukadoor werkt die ruimte weg voor gladdere wanden en plafonds.

Afwerking door de stukadoor

De stukadoor zorgt voor de eindkwaliteit:

  • Ruwpleisterlaag (bijv. 8–12 mm) voor vlakheid

  • Fijne afwerklaag van 1–3 mm

  • Glasvezelband bij naden en rond inbouwdozen

  • Schuren met korrel 120–180 en daarna primer

Omdat inbouwdozen beschermd en op de juiste diepte zitten, kan hij in één keer naar een vlak eindresultaat werken, zonder rare “bubbels” rond schakelaars.

Rol van de elektricien

De elektricien:

  • Maakt een kabelplan en plaatst inbouwdozen exact op maat

  • Trekt kabels, test continuïteit en labelt alle groepen

  • Past leidingtrajecten aan bij balken, leidingen of andere obstakels

  • Biedt professionele hulp bij elektra projecten als er vergunningen, nieuwe groepen of speciale beveiliging nodig zijn

Door zijn werk strak af te stemmen met de stukadoor, voorkom je dat er later alsnog geboord of gefreesd moet worden in net afgewerkte oppervlakken.

Veelvoorkomende fouten (en hoe je ze voorkomt)

Typische installatiefouten

Enkele fouten die gladdere wanden en plafonds flink kunnen verpesten:

  • Inbouwdozen te diep of te ondiep geplaatst

  • Te weinig kabelslack in de doos

  • Verkeerde kabeldikte (bijv. 1,5 mm² voor stopcontactgroep)

  • Geen rekening houden met stucdikte of plaatdikte

Door vooraf standaardhoogtes, leidingroutes en stucdiktes vast te leggen met stukadoor én elektricien, voorkom je veel herstelwerk.

Slechte verbindingen voorkomen

Een nette en veilige verbinding controleer je zo:

  • Striplengte uniform houden (7–8 mm)

  • Gebruik adereindhulzen bij meerdradige draden in schroefklemmen

  • Na aansluiten een lichte trekproef op elke ader doen

  • Meten van continuïteit en isolatieweerstand vóór de wand dicht gaat

Zie je afwijkende waarden, losse klemmen of twijfel je over de belasting? Dan is professionele hulp bij elektra projecten de snelste en veiligste weg om problemen te voorkomen.

Conclusie: zo krijg je gladdere wanden en plafonds mét veilige elektra

Door vanaf de eerste schets samen te werken met stukadoor en elektricien zorg je dat leidingen, inbouwdozen en stucwerk perfect op elkaar aansluiten. Je plant hoogtes en routes, kiest de juiste kabeldikte en inbouwdozen, en houdt rekening met stucdiktes en wandopbouw. Met één gezamenlijke meetronde vóór het dichtmaken van de wanden en voldoende droogtijd (meestal 24–48 uur per stuclaag) leg je de basis voor gladdere wanden en plafonds.

Twijfel je over groepen, belasting of regelgeving? Schakel dan altijd professionele hulp bij elektra projecten in. Zo combineer je veiligheid, comfort en een strak eindresultaat zonder onverwachte herstelkosten.

Verken de Kracht van Lokale Reclame voor Jouw Bedrijf!

Ontdek hoe lokale reclame de groei van jouw bedrijf kan stimuleren door je onder te dompelen in deze boeiende wereld.

Verken Onderwerpen

Verken de Kracht van Lokale Reclame voor Jouw Bedrijf!

Ontdek hoe lokale reclame de groei van jouw bedrijf kan stimuleren door je onder te dompelen in deze boeiende wereld.

Gerelateerde Artikelen

Ontdek Artikelen Die Relevant Zijn Voor Jouw Interesses